Wij spraken met een bevrijder
Andrew Wilson
Hij was een Britse luitenant van 21 jaar toen hij met zijn vlammenwerpende Churchilltank werd ingezet bij de bevrijding van 's-Hertogenbosch. Op 24 oktober 1944 's middags om half vijf heeft hij vanuit de Van Paeschenstraat de huizen aan de overkant van Zuid Willemsvaart in vuur en vlam gezet waar nu het Woonzorgcentrum Antoniegaarde is gevestigd. Daarin lagen de Duitsers in stelling om de Britten die mogelijk het kanaal wilden oversteken onder vuur te nemen. Tot hun grote verrassing kregen zij de volle laag van de vlammenwerper van Andrew Wilson en sloegen in panische angst op de vlucht. De brug ter plaatse was door de Duitsers opgeblazen. Maar de sluisdeuren waren nog intact en de Britse infanterie is daarover naar de overkant gestormd en vestigde een bruggehoofd op Bastion Antonie. Daar staat tegenwoordig een monument van twee rennende soldaten. Dank zij dit bruggehoofd konden de Royal Engineers 's nachts een Baileybrug bouwen zodat de volgende morgen drie battalions van de Welsh Divisie het centrum konden binnentrekken. Na felle straatgevechten was om 7 uur 's avonds de binnenstad bevrijd.In de late namiddag van 27 oktober kreeg Wilson de opdracht om tegenover de Willem I kazerne (nu het Koning Willem I college) op een kleine zandvlakte met zijn tank stelling te nemen en de kazerne met zijn vlammenwerper in brand te schieten. Hij had de pech dat zijn tank in een van de loopgraven tuimelde die in 1942 door de Nederlandse SS waren gegraven om zich te laten afbeulen tijdens hun veldtraining. Wilson hoorde over de radio dat er één Duitser in de kazerne was achtergebleven.
Hij lag in de kelder te slapen. Wilson kon weer terug. Het begon al donker te worden toen hij probeerde zich met zijn tank uit die loopgraaf te bevrijden. Dat lukte niet. Plots werd er vanuit Vlijmen met zware Duitse granaten op hem geschoten. Hij smeet zijn luiken dicht en het duurde minutenlang voordat het schieten ophield. Maar de tank zat nog steeds vast en Wilson stuurde zijn chauffeur Corporal Jim Harding naar de werkplaats in Hintham om een bulldozer te halen. Na een vol uur kwam Harding terug en begon meteen de tank aan de bulldozer te koppelen. De Duitsers bij Vlijmen zagen dat en begonnen weer volop granaten te schieten waarbij de chauffeur nauwelijks aan de dood ontsnapte. Eindelijk was de klus geklaard en terwijl Wilson wegreed hoorde hij nog steeds die granaten vallen. Corporal Harding werd na de oorlog onderscheiden met de Military Medal.Andrew Wilson: 'De vlammenwerper was in 1944 een verschrikkelijk wapen. Als je na de actie langs verbrande lijken van de vijand oprukte was dat afzichtelijk om te zien. Bij de artillerie deed zich dat niet voor. De kanonniers schoten hun granaten op verre afstand zonder dat zij de gevolgen ervan konden waarnemen. Die aanblik van verkoolde lijken is mij altijd bijgebleven. Het is dé grondreden geweest dat ik na de oorlog pacifist ben geworden. Als journalist heb ik veel geschreven over de gevolgen van het gebruik van atoomwapens en kruisraketten. Want na een volgende oorlog zouden er geen herdenkingen meer kunnen worden gehouden: Niemand zou nog in leven zijn.'
Andrew Wilson was in 1985 een van de bevrijders die terug kwamen naar 's-Hertogenbosch 800 tijdens de grote reunie der bevrijders van de 53ste Welsh Divisie. Kort daarna kreeg hij van zijn krant 'The Observer' de opdracht een spoedcursus Russisch te volgen.
Hij is in maart 1986 in Moskou als correspondent van die krant gaan werken. Zijn voorganger was beschuldigd van spionage uit Rusland verbannen. Hij was de eerste buitenlandse journalist die naar Tsjernobyl afreisde waar in april 1986 de beruchte kerncentrale ontploft was. In een rapportage-reeks heeft hij de gevolgen van de atoomexplosie uit de doeken gedaan. Met collega's van The Observer schreef hij het boek 'Tsjernobyl. Het einde van de nuclaire droom.'Andrew Wilson werd dit jaar 82 en is als free-lance journalist woonachtig in Brussel waar hij directeur is van European Press Agency. Hij houdt zich vooral bezig met het volgen van de ontwikkelingen in Rusland en omliggende staten. Maandelijks rapporteert hij zijn bevindingen waar de Europese Commissie en de Nato in Brussel gebruik van kunnen maken.
Erfgoed 's-Hertogenbosch (0824.868)